Geen categorieJankverhalen

Blij dat ik de Ongezien de tiefus heb aangepast

Dus ik slofte mijn trappenhuis binnen en werk ogenblikkelijk aangevallen door de buurjongetjes. Ben jij helemaal begodverdomd, zei het ene buurjongetje, dat mij altijd heel sociaal om een vuurtje vraagt als ik het trappenhuis binnenslof. Maar dit keer dus niet. 
Ben jij helemaal van de pot gepleurt, vroeg het andere buurjongetje. En dat is heel knap, zoveel woorden netjes achter elkaar uitspreken zonder euh, euh, als je al 7 jaar bent en in mijn buurt woont. Maar daar ging het niet over. Het ging er over dat ik toen ik weer zo’n blauwe envelop in de bus aantrof tegen de buurvrouw zei dat als ik iets moest betalen ze van mij mooi ongezien de tiefus konden krijgen. 
En ik zwaaide met die blauwe brief om dat nog even duidelijk te maken. Want als er iets onduidelijk in mijn buurt is over de tiefus staat er voor je het weet een kickboksende buurman met gewichtsheffersarmen bij je op de stoep. En dat wil geen hond omdat ze meestal ook de hond meenemen. En ik hou niet zo van dat gehijg en gegrom.
Dus met dit allemaal in mijn achterhoofd gaf ik de buurjongens gauw een tientje voor een ijsje – hoewel dat heel verdacht is van zo’n ouwe vent – en zei dat het allemaal een grote vergissing was en dat ik het over de burgemeester en de politie had gehad. Nou, daar konden ze mee leven.
Vervolgens belde ik maar eens bij de buurvrouw aan die mij had zien zwaaien met die blauwe brief en vertelde over de brief, de belasting, de burgemeester, de politie en dat die hele zooi de pleuris kon krijgen en ik gaf haar de laatste slof sigaretten omdat ik toch met roken ging stoppen na de kerst. Ik ben toch maar blij dat ik Ongezien de tiefus heb aangepast.