JankverhalenVerhalen voor in de Dwangbuis

Lodewijk spreekt: Teerlijke vehaal en aslzakkers aan de slog

Aan de bar van Hotel Het Torentje in Heeg tref ik Lodewijk die ik trouwens nog nooit ergens anders gezien heb. Hij zit daar maar in z’n glas te loeren en kijkt af en toe verschrikt op. Met nietsziende ogen droomt hij verder en besteld er nog eentje.

 

Je moet niet zoveul zoepen Lodewiek, zegt het meisje dat af en toe tijd heeft om de gasten aan de bar te bedienen, je ziet er nie oet, zegt ze nog, net of ie net uut bed komt. En bij nadere beschouwing heeft ze gelijk. Lodewijk zit, terwijl hij met een verdwaasde blik naar een schuimblaasje in zijn glas kijkt in zichzelf te wauwelen dat hij het eerlijke verhaal gaat vertellen en dat ze aan de slag moeten.

Hij heft zijn vingertje naar de bierviltjes en de cocktailprikkers die hij inmiddels rond zijn glas heeft verzameld en kijkt met nietsziende ogen rond in zijn droom. Metzunnalluh, zegt hij dan, teerlijke vuhaal, aslzuks, aan de sloeg, bralt hij tegen mij, hikt een keer, neemt nog een slok, laat een boer en flikkert van de kruk.

De hond met 7 lullen.