Wat niet weet dat niet deert
De Balk die nog hoop geeft en een pen in slaap zit te wiegen |
Hadden we De Balk nog maar. Die kon iedereen op een nette wijze en zonder te lachen in het onwetende laten. Die stond er niet te lullen dat we schouders moesten hebben. Die zei tenminste dat je na het zoet het zuur kreeg. Die hoorde je geen pijpen kreng zeggen maar wat kijkt u lief.
Toen we De Balk nog hadden was het leven simpel. Je had geen flauw vermoeden wat er in de wereld te koop was. Of in Amsterdam. Je wist niets van zakkengraaiende vullers en failliete Grieken. Daar zorgde De Balk wel voor, dat we allemaal rustig konden slapen.
De Balk had al die kwajongens en huppeltrutjes een draai om de oren gegeven als ze bij hem aan waren komen zeuren met een Kontneukakkoord. Want daar was De Balk niet van, van kontneuken of Legopopspiegeltjes en -kraaltjes.
Ja, Balk, het moet maar eens gezegd worden: We missen je!